Jaarstukken 2019

Leren, participeren en ondersteunen

Maatwerk volwassenen

Wat heeft het thema gekost?

Toelichting noemenswaardige afwijkingen

  • Groepsbegeleiding (SD) (structureel nadeel op de lasten ad € 442.000): Ten opzichte van de prognose in de 2e tussenrapportage is sprake geweest van een toename in het aantal cliënten en aantal gedeclareerde dagdelen. Eind augustus 2019 was sprake van gemiddeld 307 cliënten met een indicatie voor dagbesteding (in de afgelopen 3 maanden). Eind 2019 zijn dit er gemiddeld 316 geweest. Dit is een toename van gemiddeld 3%. Ook het aantal gedeclareerde dagdelen is toegenomen t.o.v. de eerdere prognose, namelijk een stijging van gemiddeld 7%.
  • Individuele Begeleiding (SD) (structureel nadeel op de lasten ad € 189.000): Ten opzichte van de prognose in de 2e tussenrapportage is sprake geweest van een toename in het aantal cliënten en aantal gedeclareerde uren. De stijging is met name te zien in het aantal cliënten met een indicatie voor individuele begeleiding specialistisch. Eind augustus 2019 was dit gemiddeld 236 t.o.v. gemiddeld 245 aan het einde van 2019. Dit is een toename van gemiddeld 4%. Ook het aantal gedeclareerde eenheden is met 4% toegenomen t.o.v. de prognose bij de  2e tussenrapportage.
  • Huishoudelijk Hulp (SD) (structureel nadeel op de lasten ad € 556.000): Vanwege de reële kostprijsberekening is het budget voor Huishoudelijke Hulp in 2019 verhoogd. Daarnaast is het budget voor 2019 verhoogd vanwege de verwachte aanzuigende werking als gevolg van het maximale tarief per voorziening (eigen bijdrage). De verhoging van het budget was gebaseerd op een toename van ongeveer 5%. Op basis van de gegevens tijdens de 2e tussenrapportage was nog niet voldoende informatie aanwezig om een juiste prognose te kunnen maken van de toename. Eind 2019 is te zien dat er een toename is in het aantal cliënten van gemiddeld 24% t.o.v. 2018. De stijging in het aantal gedeclareerde uren voor Huishoudelijk Hulp ligt daarentegen wel lager, namelijk gemiddeld 13% t.o.v. 2018.
  • Aanpassingen aan huis (SD) (structureel nadeel op de lasten ad € 92.000): Er is een zichtbare stijging in het aantal klanten met een indicatie voor een woonvoorziening. In 2019 bedroeg de stijging 14%. Verwachting is dat ouderen langer thuis blijven wonen en dat in de komende jaren een hoog beroep op dit budget gedaan blijft worden.
  • Hulpmiddelen (SD) (structureel nadeel op de lasten ad € 99.000): Het budget voor 2019 is verhoogd met ongeveer 5% vanwege de verwachte  aanzuigende werking als gevolg van het maximale tarief per voorziening (de eigen bijdrage). In de 2e tussenrapportage is de begroting bijgesteld omdat een zichtbare toename was in het aantal cliënten met een indicatie voor een rolstoelvoorziening of vervoersvoorziening (scootmobielen). Eind augustus is sprake geweest van gemiddeld 528 cliënten met een rolstoelvoorziening en gemiddeld 923 cliënten met een vervoersvoorziening. Deze toename heeft zich voorgezet in het 4e kwartaal. Eind 2019 zijn er gemiddeld 593 cliënten met een rolstoelvoorziening en gemiddeld 1.031 cliënten met een vervoersvoorziening. Een toename van gemiddeld 12% t.o.v. de prognose bij de 2e tussenrapportage.
  • PGB Huishoudelijk Hulp (SD) (structureel voordeel op de lasten ad € 54.000): Op basis van de budgetoverzichten van de SVB is de budget voor PGB huishoudelijke hulp bijgesteld. Hierbij werd uitgegaan van een uitnuttingspercentage van 90%. Het voordeel dat is ontstaan in de jaarrekening wordt verklaard doordat het uitputtingspercentage lager is dan eerder ingeschat. De prognose voor 2019 is een uitnuttingspercentage van 85%.
  • PGB Begeleiding (SD): Het budget PGB begeleiding kent een structureel voordeel op de lasten van € 263.000. Het voordeel is grotendeels ontstaan doordat in de tweede tussenrapportage bij de prognose niet met het juiste aantal PGB’s begeleiding is gerekend. In deze rapportage is een onjuiste onderverdeling van het aantal cliënten gemaakt tussen PGB begeleiding en PGB beschermd wonen. In de jaarrekening is hierdoor een voordelig saldo ontstaan bij PGB begeleiding en een nadeel bij PGB beschermd wonen.
  • PGB Beschermd Wonen (SD CT): Het budget PGB beschermd wonen kent een structureel nadeel op de lasten van € 144.000. Het nadeel is grotendeels ontstaan doordat in de tweede tussenrapportage 2019 bij de prognose niet met het juiste aantal PGB’s beschermd wonen is gerekend. In deze rapportage is een onjuiste onderverdeling van het aantal cliënten gemaakt tussen PGB begeleiding en PGB beschermd wonen. In de jaarrekening 2019 is hierdoor een nadelig saldo ontstaan bij PGB beschermd wonen en een voordeel bij PGB begeleiding.   
  • Huiselijk geweld (SD CT): Het budget huiselijk geweld kent een incidenteel voordeel op de baten van € 118.000. Dit betreft de door de gemeenten Vlaardingen en Rotterdam betaalde bijdragen voor de regionaal projectleider ‘Geweld hoort nergens thuis’. Deze bijdragen waren niet begroot.
  • Beschermd wonen (SD CT): Het budget beschermd wonen kent een incidenteel voordeel op de lasten van € 909.000. Dit voordeel bestaat uit de bij de septembercirculaire extra verkregen middelen voor beschermd wonen van circa 361.000 voor 2019. Deze middelen zijn nog niet besteed. Daarnaast is circa € 548.000 vooralsnog niet besteed.

Het budget beschermd wonen kent een incidenteel voordeel op de baten van € 371.000. Dit voordeel is ontstaan doordat subsidies voor beschermd wonen voor 2018 lager zijn vastgesteld dan oorspronkelijk verleend.

  • Eigen bijdrage beschermd wonen (SD CT): Het budget ‘eigen bijdrage beschermd wonen’ kent een incidenteel voordeel op de baten van € 269.000. Dit voordeel is ontstaan doordat het CAK correcties op de eigen bijdragen voor beschermd wonen heeft uitgevoerd waardoor de prognose niet meer klopte.
  • Vrouwenopvang (SD CT): Het budget vrouwenopvang kent een incidenteel nadeel op de lasten van € 204.000. Dit nadeel wordt grotendeels verklaard door:
    • Een achterstallige betaling aan Veilig Thuis RR over 2017 van € 110.000.
    • Een aanvullende subsidieverlening 2019 aan Enver van € 68.000.
    • De inzet van meer Aware trajecten dan vooraf begroot.
    • Kosten voor noodzakelijk verblijf in hotels en huisjes die niet waren begroot.
  • Onttrekking aan de reserve Sociaal Domein: Het nadelig saldo ad € 1.205.000 op de budgetten van het sociaal domein binnen het thema maatwerk Volwassenen wordt, volgens vastgesteld beleid, onttrokken aan de reserve Sociaal Domein.
  • Storting in de reserve Centrumtaken (sociaal domein): Het voordelig saldo ad € 1.436.000 op de budgetten van het sociaal domein centrumtaken (SD CT) binnen het thema maatwerk volwassenen wordt, volgens vastgesteld beleid, gestort in de reserve Centrumtaken (sociaal domein).
Deze pagina is gebouwd op 07/14/2020 13:02:46 met de export van 07/14/2020 12:58:50